friet (de; v(m); meervoud: frieten)
reepjes rauwe aardappel, in olie gefrituurd; = patates frites: een frietje eten portie friet; (België) een frietje steken eten; friet met met mayonaise
reepjes rauwe aardappel, in olie gefrituurd; = patates frites: een frietje eten portie friet; (België) een frietje steken eten; friet met met mayonaise